Ze stellen wel dat managers leven in een wereld van feiten en leiders in een wereld van mogelijkheden. Dat zal zeker voor bepaalde leiders en managers op gaan, maar velen zullen zich erin herkennen dat ze in beide werelden leven. Wat scheidt hen en hoe komen ze tot verbinding?
Een strikte scheiding, bijvoorbeeld in een productieomgeving, kan heel functioneel en doelmatig zijn. Het is dan wel belangrijk om te zorgen voor een goede verbinding tussen beide werelden, zodat er geen interpretatieverschillen ontstaan over de visie, strategie en het beleid en de uitvoering daarvan.
Managers en leiders dienen elkaar en elkaar wereld te verstaan en oog te hebben voor elkaars bijdrage aan het realiseren van de gemeenschappelijke doelstellingen. Dat lukt alleen als men naar elkaar luistert en zich in de ander en diens specifieke bijdrage verdiept.
Helaas schort het daar in menige organisatie aan, doordat men het belang van de eigen schijnpersoonlijkheid vooropstelt. Uit een onderzoek door bureau Berenschot en het Nederlands Centrum van Directeuren en Commissarissen blijkt dat twintig procent van de managers dit gedrag vertoont. Ik denk dat dit percentage veel hoger ligt, doordat men zich onvoldoende bewust is van het feit dat men vanuit de schijnpersoonlijkheid voelt, denkt en wel of niet handelt. Daar deze altijd vanuit angst handelt en een zeer sterke neiging tot vlucht- en vermijdingsgedrag heeft, kan het niet anders dan dat dit percentage veel hoger ligt.
De kosten en winstderving van de bewuste en onbewuste miscommunicatie die hierdoor ontstaan zijn gigantisch. Als je daarbij bedenkt hoe groot de impact is van het voorbeeldgedrag van zowel leiders als managers, dan zul je begrijpen hoe diep en breed het schijnpersoonlijkheidsvirus in organisaties om zich heen grijpt.
Erkennen en herkennen van de schijnpersoonlijkheid is niet alleen een verantwoordelijkheid van de leiders, maar een gezamenlijke verantwoordelijkheid van leiders en managers in de organisatie. Werken aan de verbinding tussen leiders en managers, bestuurders, toezichthouders en directeuren van organisaties is daarom essentieel. Alle betrokkenen dienen inzicht te krijgen in de bewustwordingspsychologie en het daarop gebaseerde bewustwordingsmanagement en in hun eigen persoonlijkheid en schijnpersoonlijkheid. Aansturing is pas mogelijk als men in staat is tot zelfsturing. En wetende dat effectieve zelfsturing geluksfactor nummer een is, zowel in werk- als privésituaties, biedt dat voor hen toch mooie perspectieven.